THE CANADIAN SCOTTISH REGIMENT
THE CANADIAN SCOTTISH REGIMENT
Nederland
Frederick werd geboren op 22 augustus 1908 in Regina Saskatchewan als zoon van Thomas Charles en Margaret Ann Berry-Lewis. Hij was de echtgenoot van Sadie May Berry, uit Vancouver. Zijn broer was Frank L. Berry en zijn halfbroers waren Raymond H. en Arthur S. Berry en zijn zusters waren May Clark-Berry en Muriel Darney-Berry. Zijn beide ouders waren al overleden toen hij in dienst trad.
Zijn beroep was houtcontroleur en kraanmachinist bij een molen en hij was lid van the United Church. Zijn hobby’s waren: sleutelen aan auto’s, houtbewerking, af en toe dansen, een beetje lezen en de sporten: zwemmen, vissen, skiën, tennis en golf.
Hij nam dienst op 4 mei 1943 in Vancouver en ging bij the Canadian Scottish Regiment en ging overzees naar het VK op 16 juni 1944 en hij ging aan wal in Frankrijk op 24 september.
Frederick werd op 13 januari 1945 overgeplaatst naar the Lake Superior Regiment en sneuvelde vervolgens op woensdag 17 januari 1945 op de leeftijd van 36 jr. Hij werd daarna tijdelijk begraven in ‘s-Hertogenbosch voordat hij op 22 oktober 1945 werd herbegraven in Groesbeek.
Op zijn grafsteen: In memory of my dear husband “Beloved take thy rest” his loving wife Vancouver BC
Hij staat ook vermeld op het monument van the Lake Superior regiment in Thunder Bay Ontario alhoewel zijn naam op de CWGC lijst nog steeds gekoppeld is aan the Canadian Scottish Regiment.
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War medal; CVSM & Clasp.
Hij diende bij the Canadian Scottish Regiment en the Lake Superior Regiment.
George werd op 1 juli 1925 geboren in Swan River Manitoba als zoon van William George en Effie May Howe, uit North Vancouver. Zij waren op 26 april 1906 getrouwd in Vancouver. Zijn broers waren William B. , David John (ook in het overzeese leger), Ronald Clifford en Andrew Sydney Howe (overleden in 1920). Zijn zusters waren Mrs. Connie Sigurdsson, Mrs. Mildred Fossett en Viola May Howe.
Hij werkte op een zaagmolen en was lid van the United Church. Hij speelde vooral ijshockey en genoot van shows, zwemmen, vissen en las een beetje.
Hij nam op 12 november 1943 dienst in Vancouver en hij ging op 19 juli 1944 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 13 augustus naar Frankrijk.
George sneuvelde op woensdag 28 maart op de leeftijd van 19 jr. in the D Coy bij Emmerich Duitsland tijdens de slag om het Rijnland. En hij werd tijdelijk begraven in Vrasselt Duitsland en daarna op 13 februari 1946 herbegraven in Groesbeek.
Op zijn grafsteen: SERVANT OF GOD, WELL DONE. THE BATTLE’S FOUGHT , THE RACE IS WON. REST IN PEACE
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal; CVSM & Clasp.
George werd op 1 januari 1924 geboren in Regina Saskatchewan als zoon van Claude (uit Wales en woonplaats onbekend) en Evelyn Thomas, uit North Burnaby, British Columbia. Zijn broers waren Roderick, Albert, Kenneth en Jordan Thomas en zijn zusters Phyllis Thomas en Marilyn Dasny.
Hij werkte als steigerbouwer op een scheepswerf en was lid van the United Church. Hij hield van dansen, rugby, skiën, trekken in de natuur, shows en soms lezen.
Hij nam op 28 juni 1943 dienst in Vancouver en hij ging op 20 oktober 1944 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 18 november naar NW Europa.
George sneuvelde op woensdag 28 maart op de leeftijd van 21 jr. in the C Coy bij Emmerich Duitsland tijdens de slag om het Rijnland. En hij werd tijdelijk begraven in Vrasselt Duitsland en hij werd daarna op 13 februari 1946 herbegraven in Groesbeek.
Op zijn grafsteen: IN HIM WE FIND PERFECT REST
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal; CVSM & Clasp.
George werd op 4 juli 1921 geboren in Melville Saskatchewan als zoon van William (Schots) en Annie (Poolse) Robertson (beiden overleden). Zij waren in 1922 getrouwd in Hattress Saskatchewan. Hij was grootgebracht door zijn oom en grootvader. Zijn tante Emily Allen was zijn nabestaande en zijn oom/adoptievader was William (Bill) Bert Roberts en tante Gene Roberts.
Hij was arbeider en lid van the United Church. Hij genoot van het spelen van honkbal en hield van zwemmen en skiën en ook een beetje lezen en hij gaf dan de voorkeur aan fictie.
Hij nam op 13 januari 1942 dienst in Vancouver en hij ging op 2 juni 1944 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 10 juli naar Frankrijk.
George sneuvelde op vrijdag 9 februari 1945 op de leeftijd van 23 jr. in the B Coy bij de Waalvlakte tijdens de slag om het Rijnland. En hij werd tijdelijk begraven in Nijmegen en hij werd op 2 augustus 1945 herbegraven in Groesbeek. Zijn graf is na de oorlog geadopteerd door een Nederlander.
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal; CVSM & Clasp.
Gibson werd op 24 juli 1925 geboren in Drumheller Alberta als zoon van Daniel Hugh (overleden) en Sadie (Schotse) McFarlane, uit Drumheller, Alberta.
Hij was frezer en lid van the Church of England.
Hij nam op 8 maart 1944 dienst in Vancouver en hij ging op 20 oktober overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 31 januari 1945 naar NW Europa.
Gibson sneuvelde op woensdag 28 maart op de leeftijd van 19 jr. in the C Coy bij Emmerich Duitsland tijdens de slag om het Rijnland. En hij werd tijdelijk begraven in Vrasselt Duitsland en op 13 februari 1946 herbegraven in Groesbeek.
Op zijn grafsteen: THE LORD IS MY LIGHT AND MY SALVATION” ONLY SLEEPING. IN GOD WE TRUST
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal; CVSM & Clasp.
Harold werd op 25 augustus 1922 geboren in Corbetton Ontario als zoon van James Daniel en Margaret (overleden in 1929) Whitten, uit Corbetton. Zij waren op 9 april 1920 getrouwd. Hij was de broer van Fredrick Gordon, Clifford en Dorothy Whitten.
Hij was boer en lid van the United Church. Zijn hobby was het maken van modelvliegtuigen en hij nam actief deel aan alle sporten.
Hij nam op 4 oktober 1943 dienst in Gander Newfoundland en hij ging op 19 juli 1944 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 17 oktober naar België.
Harold sneuvelde op zondag 18 februari 1945 op de leeftijd van 22 jr. in the C Coy bij het Moyland Wald tijdens de slag om het Rijnland. En hij werd tijdelijk begraven in Bedburg Hau Duitsland en hij werd daarna op 13 september 1945 herbegraven in Groesbeek.
Op zijn grafsteen: BELOVED SON OF JAMES AND MARGARET, BROTHER OF FRED, CLIFFORD AND DOROTHY
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal; CVSM & Clasp.
Herman werd op 5 oktober 1919 geboren in Gull Lake Saskatchewan als zoon van William Robert (Brits en overleden in 1930) en van Alma Anna (Duitse) Dilworth, uit Pincher Creek, Alberta. Zij waren op 1 januari 1915 getrouwd in Gull Lake. Zijn broer was James Robert Dilworth van the Queen’s Own Cameron Highlanders of Canada, die op 13 september 1944 sneuvelde tijdens de opmars in België. En hij werd tijdelijk begraven in de Panne bij Duinkerken en hij is op 6 juni 1945 herbegraven op de Canadese begraafplaats in Adegem België graf 5-A-8. Zijn zusters waren Mrs. Anna May Lee, Emily Irene en Gladys Freda Dilworth.
Hij was student en lid van the United Church.
Hij nam op 11 juli 1940 dienst in Vancouver en hij ging op 7 mei 1941 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 6 juni 1944 naar Frankrijk voor de D-Day landing. Hij raakte gewond op 26 juli en werd toen naar een Engels hospitaal gebracht en hij ontscheepte weer in Frankrijk op 3 september.
Herman stierf aan verwondingen op dinsdag 12 december 1944 op de leeftijd van 25 jr. t.g.v. een ongeluk met een kogel in zijn buik uit een stengun van een legermaat. En hij werd tijdelijk begraven in Nijmegen en hij werd op 7 augustus 1945 herbegraven in Groesbeek.
Op zijn grafsteen: GREATER LOVE HATH NO MAN THAN THIS, THAT A MAN LAY DOWN HIS LIFE FOR HIS FRIENDS
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; Defence Medal; War Medal; CVSM & Clasp.
Hudson werd op 16 januari 1913 geboren in Saint John New Brunswick als zoon van Joseph en Victoria (overleden) Wallace, uit Saint John. Hij was op 21 januari 1935 in Saint John getrouwd met Lillian Belle Wallace, uit West Saint John. Hun kinderen waren Douglas, Shirley, Florence, Laurence en Gerald Wallace. Zijn zuster was Mrs. R.L. Joyce.
Hij was arbeider en lid van de rooms-katholieke kerk.
Hij nam op 14 juni 1940 dienst in Saint John en hij ging op 27 juli 1944 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 4 september naar Frankrijk. Hij raakte op 28 maart 1945 ernstig gewond.
Hudson stierf aan deze verwondingen op donderdag 29 maart op de leeftijd van 32 jr. in the D Coy bij Emmerich Duitsland tijdens de slag om het Rijnland. En hij werd tijdelijk bij de Rosan Boerderij in Duitsland begraven en hij werd daarna op 4 december 1945 herbegraven in Groesbeek.
Op zijn grafsteen: ALWAYS REMEMBERED AND LOVED
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal; CVSM & Clasp.
Ian werd op 19 november 1909 geboren in Port Alberni British Columbia als zoon van James Russell Motion (Schots) en Hanna Gordon Motion en beiden overleden , uit Port Alberni. Zij waren op 16 augustus 1899 getrouwd in Regina Saskatchewan. Hij was op 2 september 1931 getrouwd in Port Alberni met Florence Phyllis Motion, uit Port Alberni en hun dochter was Mona Ann Motion. Zijn broer was Gordon Motion.
Hij was bedrijfsleider van een rolschaatsbaan en lid van the United Church. Hij speelde honkbal en basketbal in schoolteams. Hij hield van golf, jagen, vissen, zwemmen, shows, muziek en het lezen van geschiedenis en detectives.
Hij nam op 25 november 1943 dienst in Vancouver en hij ging op 20 oktober 1944 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 18 november naar NW Europa.
Ian sneuvelde op zondag 18 februari 1945 op de leeftijd van 35 jr. in the C Coy bij het Moyland Wald tijdens de slag om het Rijnland. En hij werd tijdelijk begraven in Bedburg Hau Duitsland en daarna op 13 september 1945 herbegraven in Groesbeek.
Op zijn grafsteen: IN THE MORNING, IN THE EVENING, REMEMBERING
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal; CVSM & Clasp.
Sidney werd op 29 juli 1909 geboren in Sydney British Columbia als zoon van Thomas en Ada Backus, uit Victoria, British Columbia.
He was dakdekker en lid van the United Church.
Hij nam op 23 juni 1940 dienst in Victoria British Columbia en hij ging op 2 september 1941 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 3 juli 1944 naar Frankrijk.
Sidney stierf aan verwondingen op vrijdag 27 april 1945 op de leeftijd van 35 jr. in the D Coy bij de Leda rivier tijdens de slag om Leer in Duitsland en hij werd tijdelijk begraven in Ihrhove Duitsland en op 12 maart 1946 herbegraven in Holten.
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; Defence Medal; War Medal: CVSM & Clasp.
Stanley is geboren op 29 september 1924 in Massett British Columbia als zoon van Elizabeth Jones (vader David Jones was ten tijde van zijn indiensttreding reeds overleden). Hij was een Indiaan van de Haida-stam uit Massett British Columbia. Zijn broer was Vinton Jones en zijn zusters waren: Hester Marks, Myrtle Freda Pongracz, Norma en Marina Jones. Er waren ook nog 6 andere broers en zusters eerder overleden.
Stanley was van beroep droogdokwerker en visser en hij was lid van the Church of England. Zijn hobby was om af en toe piano te spelen en te lezen en te jagen en hij deed niet aan sport.
Hij ging op 10 maart 1944 in dienst in Vancouver en ging op 24 december 1944 overzees naar het VK.
Hij ging vervolgens op 13 februari 1945 naar NW Europa en hij nam deel aan de verdere opmars van zijn regiment door NW Europa en hij raakte daarna op 24 april 1945 nog gewond tijdens gevechten in the Delfzijl Pocket in NO Nederland.
Stanley is daarna op zaterdag 8 september 1945 op de leeftijd van 20 jr. omgekomen in NW Duitsland ten gevolge van een noodlottig ongeval door een aflopende track van een carrier, die daarna omkieperde en daardoor op de kop in een sloot terecht kwam. En hij kwam daar onder en is dus jammerlijk verdronken.
Hij werd vervolgens tijdelijk begraven in Osterscheps (Duitsland) voordat hij op 22 juni 1946 werd herbegraven in Holten.
Zijn medailles waren: The 1939-45 Star; The France Germany Star; The Defence Medal; The War Medal en The CVSM & Clasp.
Theodor werd geboren op 19 september 1914 in Winnipeg en hij werkte als machine-operator in Vancouver, toen hij opgeroepen werd voor de NRMA dienst. Hij meldde zich vrijwillig voor actieve dienst aan in Vancouver op 21 juni 1944 en hij kreeg zijn basisopleiding op 131 CABTC in Camrose Alberta. Hij voltooide zijn infanterie opleiding aan A.16 in Calgary in oktober 1944. Hij sprak Engels en Duits.
Hij kwam in het Verenigd Koninkrijk aan op 31 december 1944 en vertrok naar NW-Europa op 24 maart 1945. Hij werd geplaatst bij the Canadian Scottish Regiment in de ‘A’ Coy op 18 april 1945 toen het Zwolle verliet richting Groningen.
Vier dagen later werd hij eerst als vermist opgegeven na een actie en hij bleek daarna gesneuveld te zijn op zondag 22 april 1945 op de leeftijd van 30 jr., tijdens de gevechten om Wagenborgen te bevrijden. Hij werd tijdelijk begraven in Siddeburen en op 15 februari 1946 herbegraven in Holten.
Op zijn grafsteen: REST IN PEACE EVER REMEMBERED BY HIS FATHER, SISTER AND BROTHERS
Zijn medailles waren:1939-45 Star; France Germany Star; War Medal 1945; CVSM & Clasp.
Zijn naam staat vermeld op het monument in Wagenborgen en in Trail British Columbia.
Een Amerikaan van Welshe afkomst in het Canadese leger
De hoofdstad van Overijssel was bevrijd. In de Zwolse binnenstad was het begin van het feestgedruis al een beetje op gang aan het komen. Maar de schermutselingen waren nog niet ten einde. In Voorst, ten noorden van Zwolle, viel aan het begin van de avond op de 14e april 1945 een serie Duitse mortiergranaten. Het 1st Bn van het Canadian Scottish Regiment had er posities ingenomen in het zojuist bevrijde noordelijke deel van Zwolle. Private Thomas Llewellyn Thomas bleef roerloos liggen. Zijn helm was doorboord. Hij was dodelijk getroffen.
Een week na zijn dood schreef kapelaan R.L. Seaborn een brief aan Tom’s moeder. Seaborn schreef wat er gebeurd was: “He was killed in
action in the evening of April 14th on the northern outskirts of Zwolle in Holland. We had just occupied this area when the enemy
dropped a number of mortar bombs on it: a fragment from one of them pierced Tommie’s helmet and caused his death.”
Op de plaatselijke begraafplaats waren eerder al vier bemanningsleden van de Royal Air Force begraven. Naast hen werd een plek vrijgemaakt voor Tommie. Bij de begrafenis was een groot aantal Zwolse burgers aanwezig om hun respect te tonen voor de gevallen Canadese bevrijder.
Tom Thomas was een buitenbeentje in het Canadese leger. Hij was Amerikaan van geboorte.Op 26 augustus 1919 had hij samen met zijn
tweelingbroer Bill het levenslicht gezien in Milton, Oregon. Zijn ouders waren beide vanuit Wales geëmigreerd naar de Verenigde Staten. Ze bleven daar echter niet heel lang. In 1926, Tom moest nog zeven worden, verhuisde het boerengezin naar Penticton, British Columbia, Canada. Daar gaf vader Stephen zijn beroep als boer op en verkoos hij een carrière in het Canadese leger.
Tom Thomas had er al een lange carrière als militair op zitten. Op 27 april 1940 was hij in dienst gekomen. In juni 1942 werd hij verscheept naar Engeland, en hij was erbij toen geallieerde troepen op D-Day de kusten van Normandië bestormden.
Op 3 juni was hij aan boord gegaan van een van de vele schepen, die de soldaten aanvoerden naar Frankrijk, op 6 juni bestormde hij met zijn maten van het Canadian Scottish Regiment het Europese vasteland.
Tom had een grillige loopbaan in het leger. Hij begon als private en eindigde als private, maar ondertussen had hij wel de rang van lance
corporal en acting sergeant met de bijbehorende soldij gehad. Hij kneep er echter een paar keer tussenuit zonder toestemming, hij weigerde een opdracht uit te voeren en hij raakte spullen kwijt.
Het leverde hem reprimandes, berispingen, inhoudingen van soldij en drie dagen licht arrest op.En uiteindelijk de definitieve degradatie tot private.
Hij kwam de strijd betrekkelijk ongeschonden door, op een ernstige kneuzing van zijn dij en een verstuikte enkel tijdens de trainingen in Canada na. Met de gekneusde linker dij lag hij in juni 1940 twaalf dagen in het ziekenhuis, voor de gezwollen enkel werd hij twee dagen opgenomen. Daar tussendoor lag hij nog eens zes dagen in het ziekenhuis met een steenpuist op zijn rug en acht dagen toen hij in september 1940 door de griep geveld werd.
Eenmaal op het strijdtoneel in Noordwest-Europa bleef hij ongeschonden. Na een half jaar kreeg hij even rust. Hij mocht negen dagen
met verlof naar Engeland in februari 1945. Op 19 februari meldde hij zich weer bij zijn regiment. Hij begon eind maart aan de laatste
militaire operatie, die Duitsland op de knieën moest brengen. De route eindigde voor Thomas definitief in Zwolle.
De laatste melding op zijn persoonlijke kaart: “SOS 1 CSR wef 14 Apr 45 Killed in Action.” In gewoon Nederlands: Thomas
maakt geen deel meer uit (SOS= struck off strength) van het Canadian Scottish Regiment.
Er is een plaquette op 14 april 2021 onthuld voor hem in Westenholte (Zwolle) t.g.v. de 76e Bevrijdingsdag van deze stad.
© 2016 Jan Braakman
Walter werd op 27 augustus 1913 geboren in Tisdale Saskatchewan als zoon van Thomas en Mary Robinson (overleden) uit Vancouver. Zijn ouders waren in 1912 getrouwd in Melfort Saskatchewan. Hij was op 4 september 1943 getrouwd in Vancouver met Myrtle May Robinson uit Vancouver. Zijn zuster was Mrs. Dorothy Budney.
Hij was voorman op een scheepswerf en lid van the Presbyterian Church. Hij hield van bowling, zwemmen, houtbewerking en las nieuwsbladen en fictie.
Hij nam op 30 mei 1944 dienst in Vancouver en hij ging op 31 december overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 24 februari 1945 naar NW Europa.
Walter stierf aan verwondingen op woensdag 11 april 1945 oud 31 jr. in een hospitaal in Lochem omdat hij in the A Coy ernstig gewond raakte tijdens de slag om Deventer. Hij werd tijdelijk in Lochem begraven en op 1 februari 1946 herbegraven in Holten.
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal: CVSM & Clasp.
Albert werd op 30 september 1919 geboren in Penticton British Columbia als zoon van Albert Earnest en Margaret K. E. MacDonald. Hij was de echtgenoot van Gladys Mary MacDonald, uit Victoria British Columbia. Zijn kinderen waren Jacqueline (5) en Ronald (3) MacDonald en zijn broers waren Harold en Frank MacDonald. De andere broer Wilfred Andrew MacDonald was al in 1932 overleden.
Albert (Jeff) was winkelbediende voor zijn indiensttreding en lid van the Church of England.
Hij nam op 9 september 1939 dienst in Victoria en hij ging op 2 september 1941 overzees naar het VK en op 6 juni 1944 tijdens de D-Day landing naar Normandië. En hij ging daarna weer terug naar Engeland (datum en reden onbekend) en hij ontscheepte weer in Frankrijk op 3 september 1944.
Hij werd gevangengenomen door de Duitsers en raakte ernstig gewond in januari 1945 tijdens een patrouille bij de Waal in Holland.
Albert stierf aan deze verwondingen op dinsdag 6 februari 1945 op de leeftijd van 25 jr. terwijl hij krijgsgevangene was in Haldern (West-Duitsland) en hij werd tijdelijk aldaar begraven voordat hij op 12 augustus 1946 werd herbegraven in Holten.
Op zijn grafsteen: One of the greatest One of the best May God grant him Eternal rest
Zijn medailles waren: 1939-45 Star; France Germany Star; War Medal; Defence Medal; CVSM & Clasp en The Military Medal, toegekend op 15 oktober 1944 vanwege zeer moedig optreden bij de gevechten bij het Leopoldkanaal in België en Eede Holland.
Hij diende bij the 1st Bn Canadian Scottish Regiment en ook daarvoor bij the North Nova Scotia Highlanders.
Allen werd op 30 januari 1913 geboren in Calgary als zoon van John Clements (overleden in 1934) en Ada Cope (2e huwelijk). Hij trouwde op 12 maart 1941 in Penticton British Columbia met Margaret Rose Clements en hun zoon was Kenneth Allen Clements. Zijn zuster was Mrs. A.W. Boult.
Hij werkte in een zaagmolen in Vancouver en hij was lid van The United Church.
Hij nam op 11 juli 1940 dienst in Kelowna British Columbia en hij ging op 7 mei 1944 overzees naar het VK en hij ging vervolgens op 13 juni naar Frankrijk. Op 19 september 1943 was hij al bevorderd tot korporaal instructeur en in de omgeving van Nijmegen werd hij op 8 januari 1945 bevorderd tot Sergeant, en in die rang officieel benoemd op 8 april 1945.
Allen sneuvelde op zaterdag 21 april 1945 op de leeftijd van 32 jr. tijdens de bevrijding van Wagenborgen. Hij werd tijdelijk begraven in Siddeburen en op 15 februari 1946 herbegraven in Holten.
Zijn medailles waren:1939-45 Star, France Germany Star, War Medal 1945; CVSM & Clasp.
Zijn naam staat op het monument in Wagenborgen.